Voetbal is in Nederland de sport met de meeste blessures. Naar schatting zijn er jaarlijks in Nederland zo’n 580.000 voetbalblessures. Hiervan moeten er ongeveer 250.000 worden behandeld door een arts of (sport)fysiotherapeut. Bij voetbal komen blessures in het hele lichaam voor: hoofd, hals, romp, armen en benen. 81% van de blessures zijn beenblessures. 30% van de voetballers raakt geblesseerd aan de enkel, 22% aan de knie, 10% aan het bovenbeen en 9% aan het onderbeen.

Er zijn twee soorten blessures: acute blessures chronische blessures. Acute blessures zijn bijvoorbeeld spierscheuringen of -kneuzingen, een enkelverstuiking. Een voorbeeld van chronische blessure is achillespeesontsteking of een liesblessure.

Waarom zoveel blessures bij voetbal

Voetbal is een blessuregevoelige sport doordat het een contactsport is. Het contact met de tegenspeler is onvermijdelijk, daardoor loop je meer kans om geblesseerd te raken. Voetbal vereist een zekere techniek. Wanneer de techniek en uitvoering tijdens het voetballen niet goed is, is de kans op blessures ook groter. Dit gaat om looptechniek, baltechniek en sprongtechniek. Ook vereist voetbal een goede conditie en spierkracht. Wanneer een van beiden niet voldoende is wordt hiermee de kans op een overbelasting blessure groter.

Niet iedere voetballer loopt evenveel risico op een blessure. Dit hangt af van veel dingen zoals leeftijd, geslacht, maar ook je plaats in het veld en het niveau waarop je voetbalt. Keepers hebben meer klachten aan schouders, armen en handen. Bij zaalvoetbal is enkelverstuiking de meest voorkomende blessure. Binnen topvoetbal komen relatief veel overbelasting blessures als hamstringblessure en achillespeesblessure voor. Bij betaald voetbal komen er veel blessures voor; het gaat om resultaat en men speelt risicovoller.

Waardoor ontstaan blessures

Er ontstaan veel blessures tijdens de sliding tackle. Voor zowel de gever als de ontvanger is dit risicovol. Tijdens duels om de bal ontstaan veel contact blessures.
Ook door onvoldoende conditie kunnen sneller blessures ontstaan. Bijvoorbeeld na de vakantie of na ziekte moet de training rustig opgepakt worden. Ga dan een stapje terug vergeleken bij waar je was. Door een te hoge belasting tijdens training of wedstrijd treedt er sneller spierpijn en vermoeidheid op en raken spieren sneller geblesseerd.

Ook kunnen eerdere blessures voor nieuwe blessures zorgen. Als blessures niet goed behandeld worden is er, als de blessure hersteld is, minder kracht, uithoudingsvermogen en stabiliteit in de spier. Hierdoor raak je sneller geblesseerd.

Voorkomen van voetbalblessures

Probeer blessures te voorkomen; voorkomen is beter dan genezen. Na genezing blijft de ‘blessure’ vaak een zwakke plek. Als je een beginnende blessure hebt, doe dan een stapje terug of probeer na te gaan waar de fout ligt.

Zorg dat je voor de training een warming up doen. Hierdoor warmen je spieren wat op en gaat je hartslag wat omhoog. Je stimuleert hiermee vast je doorbloeding. Na de training is een cooling down belangrijk. Niet gelijk vanuit training gaan zitten. Een cooling down kan gewoon simpel zijn; een paar rondjes joggen gecombineerd met wat rek- en strekoefeningen.

Wat te doen bij acuut letsel

Bij een acute voetbalblessure, bijvoorbeeld een enkelverstuiking of een kneuzing, moet je het volgende doen. Ga vooral niet door, maar neem rust. Beweeg het been eerst zo min mogelijk. Leg het been wat hoger, dit tegen de zwelling. Tegen de pijn en zwelling kan er een ice pack op het been worden gelegd. Koel ongeveer 15 minuten achter elkaar. Dit kan over de dag 4-6 keer herhaald worden. Als je bij 4 of 5 dagen nog steeds veel pijn en zwelling hebt is het verstandig om de dokter er even naar te laten kijken. Afhankelijk van de pijn en zwelling kun je na 1-3 weken weer voetballen.